Hoogheid, de troebele jaren van Amalia
Synopsis
Met behulp van haar zus Louise-Christine heeft Amalia zich opgewerkt tot echtgenote van de stadhouder. Nu mag ze zich dan voornaamste vrouw van het land noemen. Maar wie de macht eenmaal bezit, moet meer dan ooit over de schouder kijken. De Oranjes liggen van links en rechts onder vuur, Den Haag blijft een slangenkuil en de Spanjaard geeft zich nog altijd niet gewonnen. Een belangrijke stap zou zijn gezet zodra Frederik Hendrik door het buitenland tot Hoogheid werd verheven. Dat zou zijn status binnen de Republiek welhaast onaantastbaar maken. De koning van Engeland laat het helaas afweten, die gaat juist met aartsvijand Spanje in zee. Nog lastiger wordt het wanneer Louise-Christine lang niet zo loyaal blijkt als ze zich voordoet. Waarom papt ze aan met Brederode, nog altijd Eerste Edele van het land? Probeert de kolonel – getrouwd met Amalia’s beste vriendin – wellicht zelf een gooi naar de macht te doen? Ziet Frederik Hendrik het gevaar? Of het nog niet ingewikkeld genoeg is, meldt zich een derde pretendent in de vorm van de obscure graaf Bergh die nota bene voorheen aan de kant van de Spanjaarden had gevochten. Amalia moet list en charme aanwenden om de tegenstrevers van haar man uit te schakelen. En intussen blijft de vraag hoe ze de Franse koning ooit zo ver krijgt haar man op te waarderen, zodat die zijn positie voor eens en altijd bestendigd ziet.
Niettemin komt de meest onberekenbare factor in dit spel van binnenuit: haar eigen hartstocht…
Fragment
Louise Christine zat nog niet of ze vroeg al om witte wijn. Ook de lakei leek even met de ogen te knipperen. Het was elf uur in de ochtend.
Wat vermoeid nam ze naast Amalia op de tribune plaats. ‘Nou, het grote midzomerfeest, we gaan het beleven.’
‘Ben je van plan vandaag op alles commentaar te leveren?’ vroeg Amalia zonder opzij te kijken.
‘Nee hoor,’ deed haar zus luchtig. ‘Ik heb zelfs wat geld ingezet bij het ringsteken, ik ben razend benieuwd naar de winnaar.’
‘Wij zitten hier tenminste onder een luifel, die stakkers aan de overkant van de renbaan staan te braden in de volle zon. En dan zonder een lekker wijntje.’
Louise Christine kreeg haar roemer aangereikt. ‘Volgens mij lust jij ook wel wat.’
‘Nee, dank je.’
Louise Christine proostte in haar eentje, nam een slok en liet haar adem lopen. ‘Toch moet je toegeven dat de adellijke afvaardiging vandaag aan de schamele kant is.’
‘Nogal logisch,’ zei Amalia. ‘Iedereen die zich vandaag de dag nog edelman mag noemen en kennis draagt van krijgskunst, bevindt zich bij de loopgraven rond Den Bosch. Het wordt hoog tijd dat de stad valt.’
‘Wat je zegt. Dan keren onze helden eindelijk terug naar Den Haag en valt er ook voor ons weer wat te genieten. Maar als we op de berichten mogen afgaan, hoeft het allemaal niet lang meer te duren.’
‘Die berichten krijgen we al een tijdje,’ zei Amalia korzelig. ‘Toch is het Brabantse verzet nog altijd niet gebroken. Maar let op mijn woorden, heeft men daar eenmaal de witte vlag gehesen, dan ligt de weg naar Brussel open.’
‘Je klinkt alsof jij die Spanjolen het liefst eigenhandig een kopje kleiner maakt,’ zei Louise Christine. ‘Nou, je gaat je gang maar, ik stel me tevreden met vreugdevuren.’
‘Voordat jij tevreden bent. Jij verlangt een feest dat drie maanden duurt.’
‘Minstens,’ zei Louise Christine glimlachend. Ze nam een volgende slok en ging even met de handen langs haar kapsel. Er was weer iets aan die krullen veranderd, al zag Amalia niet meteen wat. Opzichtige rode strikken hielden de bos bijeen.
Amalia legde de armen kalm op de leuning van haar stoel. ‘Altijd weer bijzonder, die luttele momenten dat jij optimistischer bent dan ik.’
‘Waar zie jij het nog fout gaan dan?’
‘Leg mij uit waarom er nog maandenlang lukraak twaalfpondskogels op de Bossche stadsmuren moeten worden afgevuurd. Ik noem dit de domme, mannelijke aanpak.’
‘Zie jij een alternatief?’ vroeg haar zus.
Amalia wierp een minzame blik opzij. ‘Moet jij eens opletten. Er leidt een kortere route naar victorie.’
‘O hemel, Jeanne d’Arc gaat zich er weer mee bemoeien.’
‘Overdrijf niet zo. Er bestaat ook nog zoiets als vernuft.’
Op dat moment zetten de blazers in. Een heraut trad naar voren, plantte zijn zilveren staf op de grond en kondigde met luide stem de eerste ronde aan.
Quotes:
★★★★ - 'Rozemond pakt prachtig uit over de verhoudingen aan het hof... In sprankelende taal komen de scènes tot leven.'
De Telegraaf
'Geweldig beeldend geschreven! Lees en beeld het je in, de oude stad komt compleet tot leven, in geuren en kleuren... verrukkelijk om te lezen.'
LeesKost